De brandstofprijzen stijgen maar door. Autorijden wordt daardoor steeds duurder. Medewerkers vragen dan al snel om een hogere kilometervergoeding dan de 19 cent die zij krijgen. Deze vergoeding dekt de kosten bij lange na niet meer. Dat is ook logisch, want de onbelaste kilometervergoeding van 19 cent per kilometer is sinds 2006 niet verhoogd. Dat gaat waarschijnlijk op 1 januari 2023 eindelijk veranderen. Vermoedelijk stijgt het bedrag volgend jaar naar 21 cent en in 2024 naar 23 cent per kilometer.
Het kabinet haalt de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding naar voren. Daarvoor wordt volgend jaar en in 2024 200 miljoen euro per jaar gereserveerd, blijkt uit de stukken van de Voorjaarsnota. Het kabinet moet nog een besluit nemen over de exacte bedragen. Daarover wordt pas op Prinsjesdag meer duidelijk.
De verhoging is geen wetgeving waar iedere werkgever zich aan moet houden. Het is aan de werkgevers zelf of ze ook daadwerkelijk meer gaan betalen. Een werkgever kan natuurlijk ook meer dan de huidige 19 cent per kilometer betalen, maar die wordt belast. Werknemers kunnen geen hogere vergoeding afdwingen. De OR kan de bestuurder vragen om het openbaar vervoer te stimuleren. Medewerkers die met het openbaar vervoer reizen krijgen de werkelijk gemaakte kosten vergoed. In dat geval is het hele bedrag belastingvrij en het is nog goed voor het milieu ook.